Overslaan en naar de inhoud gaan
Vrouw in Oekraïne

‘De vraag is: wat kun je hebben?’

Iedereen die een oorlog of natuurramp meemaakt, krijgt een klap. Maar de impact van die klap is voor iedereen verschillend, zegt noodhulpcoördinator Kees-Jan Hooglander van ZOA. “Alles kwijtraken: voor de één is dat een huis, een baan en zekerheid. En voor de ander een hut van rietstengels.”

Noodhulpcoördinator Kees-Jan Hooglander:

‘Emoties na een ramp zijn universeel’

Ze reizen van Myanmar naar Oekraïne en van Syrië naar Congo. Noodhulpcoördinator Kees-Jan Hooglander en zijn teamleden zijn vaak snel ter plaatse wanneer zich ergens een ramp voltrekt. Waar ook ter wereld, ze treffen mensen altijd ontredderd aan. “Chaos, vernielingen, trauma en overweldigende puinhopen waarin je haast geen gat ziet om te starten.”

Of er nu ergens een aardbeving is geweest of een bom is ingeslagen: wie vanwege een ramp op de vlucht moet slaan, is vaak alles kwijt. Maar dat ‘alles’ is voor iedereen verschillend, zegt Kees-Jan. “Ik heb in Libanon wel Mercedessen voor de tenten in een vluchtelingenkamp zien staan. Veel Syrische vluchtelingen daar hebben een enorme klap gemaakt. Ze zijn prachtige huizen kwijtgeraakt.”

In Ethiopië was Kees-Jan ook in kampen vol mensen, die vanwege geweld op de vlucht moesten slaan. “Zij zijn ook alles kwijt. Maar hun alles was een hut van rietstengels. En dus komt de klap minder hard aan. Hun veerkracht is veel groter, om met weinig te kunnen overleven na een ramp.”

Overlevingsmechanisme

ZOA’s werk begint meestal met noodhulp na een ramp, om vervolgens na enige tijd over te gaan in wederopbouw. In het ene land is dat omslagpunt sneller bereikt dan in het andere, legt Kees-Jan uit. Dat heeft alles te maken met de klap die mensen te verduren krijgen. “Ik denk niet dat wij zouden kunnen overleven zoals veel Afrikanen dat doen. Zij hebben een heel inventief overlevingsmechanisme. Wij zitten gelijk aan de grond.”

Kort na een ramp is noodhulp niettemin levensreddend – in welke context dan ook. Drinkwater, voedsel, sanitaire voorzieningen en onderdak: bij gebrek aan basisbehoeften is iedere ontheemde afhankelijk van hulp.

Kees-Jan Hooglander

“Maar noodhulp kan ook heel snel verslavend zijn”, zegt Kees-Jan. “Dat zie je als mensen gewend zijn hun hand op te houden, op het moment dat ze het zelf zouden kunnen redden. Anderen zijn daar te trots voor.” De overgang naar wederopbouw begint zo in de ene context eerder dan in de andere. “Noodhulp verlenen is altijd maatwerk. De vraag is: wat kun je hebben?”

Murw geslagen

In Syrië, waar Kees-Jan onlangs een aantal weken werkte aan noodhulp na de aardbeving, dringt die vraag zich ook sterk op. In een jarenlange oorlog wisten mensen zich met moeite staande te houden. Daar kwamen een zware coronapandemie en cholera-uitbraak bij. En nu de verwoestende aardbeving.

Veel gebouwen kregen daardoor net het laatste zetje en stortten in. Functionele huizen werden ruïnes. “Veel mensen in Aleppo zijn murw geslagen”, vertelt hij. “Dit is teveel. Dit kunnen ze gewoon niet meer hebben.”

Syria earthquake relief

Behalve de praktische middelen is het luisterend oor van een noodhulpverlener vaak minstens zo belangrijk, zegt hij. De reacties die Kees-Jan bij mensen ziet vlak na een ramp, zijn universeel. Shock, ontreddering, paniek, verdriet, boosheid, frustratie, berusting, apathie, uitzichtloosheid: de emoties stijgen boven de culturele context uit. “Of je nu Afrikaan, Oekraïner of Nederlander bent: diep menselijke eigenschappen komen naar boven als je ineens alles bent kwijtgeraakt.”

Zeker in gebieden waar mensen getroffen worden door crisis op crisis, ziet hij meer en meer het belang van professionele psychosociale steun. ZOA biedt dit soort hulp al in een aantal landen, waaronder Syrië. “Zonder hun trauma’s te verwerken, kunnen mensen niet verder na een ramp”, stelt hij.

Bijbelse opdracht

In Oekraïne ontmoette Kees-Jan kortgeleden een getraumatiseerde vrouw, die niets anders meer kon dan huilen en apathisch voor zich uitkijken. “Haar man was overleden en ze was gevlucht uit Charkov, waar haar zoons achter moesten blijven om te vechten. Ze had niks meer van hen gehoord.”

Verhalen als dat van haar blijven bij je binnenkomen, vertelt hij. Oók bij de leden van het noodhulpteam van ZOA, die van rampgebied naar rampgebied gaan. “Je kunt geen betonnen muur om je gevoel hebben en je wil je ook laten raken. Tegelijk moet je wel professioneel blijven om de mensen goed te kunnen helpen. Je kunt niet naast ze gaan zitten huilen. Naar die balans zijn we altijd op zoek.”

Oekraïne

ZOA’s noodhulpverleners zijn blij met de mogelijkheden die ze krijgen om er te zijn voor mensen na een ramp. “We zien het als een hele mooie taak, een Bijbelse opdracht, om mensen in nood te ondersteunen. Ik heb het ook niet verdiend dat ik een huis heb en in vrede leef. Je kunt alles zomaar kwijt zijn. En dan heb je gewoon een helpende hand nodig.”

Een oorlog of ramp laat diepe sporen na. Veel vluchtelingen hebben psychische klachten doordat ze verschrikkelijke dingen hebben gezien of meegemaakt. Samen willen we hen helpen hun huis en leven weer op te bouwen. Help je mee?

Ja, ik help mensen die alles kwijt zijn weer vooruit te kijken

Dankzij jouw steun krijgen mensen na een ramp de kans om weer naar de toekomst te kijken. Voor 35,- help je bijvoorbeeld al één persoon met psychosociale hulp om zijn of haar trauma's te verwerken. Je kunt ook als kerk of bedrijf doneren.