Corona
Falta, haar man en kinderen raakten alles kwijt. Nu zitten ze in een vluchtelingenkamp in Gongulong. Omdat landbouwactiviteiten niet mogelijk zijn in het kamp, vond Falta’s man, Baana, werk als metselaar. Zo verdiende hij in ieder geval wat geld voor dagelijks brood. Maar toen kwam corona en werd als gevolg van een lockdown alles gesloten. Banaa had geen andere keuze dan in het kamp te blijven. Hierdoor werd armoede de grootste uitdaging voor het gezin. Ze hadden geen enkel perspectief.
“Vaak hebben we niets te eten. Ik voed mijn kinderen alleen met granen en bladeren die we soms krijgen van buren. Wanneer ik kan, meng ik deze granen en bladeren met olie. Maar als ik geen olie heb, dan kook ik ze gewoon.” Tranen wellen op in haar ogen. ”Meestal is het eten alleen genoeg om mijn kinderen te voeden. Mijn man en ik moeten met een lege maag gaan slapen.”
Overlevingsmechanisme
Onze lokale medewerker legt uit: “Mensen in vluchtelingenkampen kunnen, vanwege de ernstige armoede, niet drie keer per dag eten. Bovendien zijn hun maaltijden vaak caloriearm, waardoor vooral kinderen ondervoed raken. Hierdoor zie je dat gezinnen soms hun toevlucht zoeken tot korte-termijn-overlevingsmethoden, zoals het verkopen van hun geit of kippen, terwijl die juist voor voedsel zorgen. Zoiets heeft dan ook een directe impact op hun levensonderhoud. Als ZOA willen we zoveel mogelijk vluchtelingen helpen met schoon water, voedsel en sanitaire voorzieningen.”
Vruchtbare grond
Toch wil Falta de moed niet opgeven. Falta: “Het is helaas nog niet mogelijk om terug te gaan naar Koshebe, omdat de gewapende groep ons dan opnieuw zal aanvallen en wegjagen. Maar bij ons dorp is er wel vruchtbare grond, die we kunnen bewerken zodat we onze kinderen voedzaam eten kunnen geven. We bidden God dat we op een dag kunnen terugkeren naar ons eigen dorp. Dan kunnen we ons land bewerken en gelukkig zijn.”