'Elk individu is waardevol in Gods ogen'

“Of je nu uit Oekraïne of Syrië vlucht, en of je nu blauwe of bruine ogen hebt: voor God is er geen verschil.” Vanuit die stellige overtuiging zet Joël Voordewind zich in voor ZOA. Voor mensen in nood, waar ook ter wereld. “Ieder leven is evenveel waard.”

21 maart 2022

Het leed is overal gelijk

'Oorlog maakt geen onderscheid'

Platgebombardeerde huizen, getraumatiseerde vluchtelingen. Kinderen die hun ouders missen; mensen die hun huis kwijt zijn. “Het leed is overal gelijk”, zegt Jöel Voordewind, speciaal ambassadeur voor ZOA. Onlangs reisde hij vanuit de puinhopen in het Iraakse Mosul naar de Hongaars-Oekraïense grens. “Oorlog maakt geen onderscheid. De verwoestende invloed op mensenlevens is hetzelfde."

Ze zijn beiden zeventien jaar. Iris uit Oekraïne en Memmed uit Syrië. Allebei zijn ze zonder hun ouders op reis. Op weg naar het onbekende. Niet uit avontuur, maar uit angst voor de oorlog in hun land.

Even slikken

“Ik ontmoet Iris op het moment dat ze even uit de bus stapt met haar broertje van acht”, vertelt Joël, die onlangs een bezoek bracht aan de Hongaars-Oekraïense grens, waar ZOA vluchtelingen hulp biedt samen met andere organisaties van het Christelijk Noodhulpcluster.

“Ze heeft dan net 28 uur voor de grens gewacht in een bus vol jonge moeders, baby’s en kleine kinderen. Ze vertelt me dat ze uit een dorpje vlakbij Kiev komt en haar vader en broer moest achterlaten. Haar moeder was al vooruit gereisd naar Portugal.”

Al pratende over haar vader houdt Iris het niet droog, herinnert Joël zich. “Ze weet niet of ze haar vader levend terug zal zien. Wanneer de bus weer dreigt te gaan rijden, zegt ze nog vluchtig gedag en stapt in. Ik moet dan zelf ook even slikken.” Dit zijn ingrijpende ontmoetingen, vertelt hij. “Wat is een oorlog wreed en wat komt het dichtbij."

Onzekere toekomst

Maar ook iets verder van huis is het leed even groot, merkt Joël kort ervoor tijdens een bezoek aan een Koerdisch vluchtelingenkamp aan de Iraaks-Syrische grens. “Daar spreek ik Memmed. Zijn broers waren eerder al gevlucht; zijn ouders zijn nog in Syrië.”

Onder normale omstandigheden zou een jongen van zeventien niet zomaar alleen emigreren, concludeert Joël. “Fluisterend vertrouwt hij me toe dat hij voor zijn achttiende weg moest, om te voorkomen dat hij in het regeringsleger tegen zijn eigen Koerdische volk zou moeten vechten.”

Het zijn verhalen als die van Iris en Memmed die Joël motiveren om zich in te zetten voor mensen in nood. “In mijn jeugd als zoon van een dominee in Amsterdam heb ik het nodige meegekregen om op te komen voor mensen die in moeilijke omstandigheden terecht waren gekomen. Dit heeft me mede gevormd om me nu in te zetten voor mensen die alles achter moeten laten, een onzekere toekomst tegemoet.”

Zijn inzet tegen onrecht komt voort uit een bewogenheid voor Gods schepping. “We zijn allemaal gemaakt naar Gods beeld. En daarom is ieder mens even waardevol. Of je nu uit Oekraïne of uit Syrië vlucht.”

Dichtbij

Het is begrijpelijk dat de vluchtelingenstroom uit Oekraïne ons aangrijpt, zegt hij. “Wie had gedacht dat we nog weer zo’n oorlog zouden meemaken op het Europese continent? Het komt dichtbij. Ook voor mij. Maar ondanks de enorme vrijgevigheid en gastvrijheid die we nu betonen aan de Oekraïners op de vlucht, hoop ik, nee geloof ik dat we er voor álle mensen in nood moeten zijn.”

Iedere vluchteling, ieder slachtoffer van oorlog, geweld of natuurrampen, ieder weerloos kind waar ook ter wereld is even waardevol en speciaal in Gods ogen, stelt hij. “Jezus vereenzelvigt zich zelfs met weerloze mensen door in Mattheüs 25 te zeggen dat alles wat je aan hen hebt gedaan, je voor Hem hebt gedaan.”

ZOA is er voor mensen in nood, vanuit die bewogenheid met Gods schepping. Met de warmte van een kacheltje in een vluchtelingenkamp. Met een maaltijd voor wie op doorreis is. Met een tent voor wie zijn huis is kwijtgeraakt. “Daarom heb ik mij aan ZOA verbonden als speciaal ambassadeur. Samen kunnen we een verschil maken in mensenlevens. In Syrië, Irak, Congo en Colombia. En nu ook in Oekraïne.

Doe je mee?''