Overslaan en naar de inhoud gaan
ZOA's oprichters

Oprichters ZOA: ‘Leef ik voor mezelf of voor anderen?’

Drie gewone jongens uit Groningen staan in 1973 aan de wieg van ZOA. Henk van der Velde, Wiebrand Dijksterhuis en Koos van Houdt kunnen niet langer aanzien hoe vluchtelingen in Zuid-Vietnam een speelbal worden van de politieke verdeeldheid in Nederland. ZOA werd geboren.

Drie studenten aan de wieg van ZOA 

‘Iedereen kan kiezen: ben ik er voor de ander of voor mezelf?’ 

“50 jaar ZOA, dat hadden we nooit gehoopt om mee te maken toen we hieraan begonnen”, zegt Henk van der Velde, die in 1973 samen met medestudenten Wiebrand Dijksterhuis en Koos van Houdt aan de wieg van ZOA staat. “Bij de oprichting hebben we gezegd: we willen ons zo snel mogelijk opheffen als de vluchtelingenstroom ophoudt.” Het loopt helaas anders...  

Dat ZOA (toen nog Comité Hulpvereniging Zuid-Vietnam) juist in 1973 ontstaat, is geen toeval. Het gepolariseerde politieke klimaat zorgt ervoor dat niet alle vluchtelingen worden geholpen.

Medeoprichter Wiebrand kan niet lijfelijk bij het interview zijn en praat online mee vanuit Frankrijk: “De hele linkse publieke opinie, zeker in Nederland, was gericht tegen Amerika. Er werd hulp geboden aan vluchtelingen uit Noord-Vietnam en niet aan die uit Zuid-Vietnam, want die waren op de vlucht voor het communistische regime. We wilden tegengas geven.

Inspiratie

Het drietal wordt hierin geïnspireerd door journalist Aad Kamsteeg. Hij reist in die tijd voor het Nederlands Dagblad en de EO naar Vietnam en vertelt de schrijnende verhalen. Henk: “Aan de hand van die artikelen, onder andere een artikel over de situatie in An Loc (Vietnam), zijn wij een actie gestart. Dat was de start van onze hulpverlening.” 

Vanuit hun Groningse studentenkamers gaan de drie jongens aan de slag om draagvlak voor hun initiatief te verkrijgen. Zo wordt er een comité van aanbeveling samengesteld met wel meer dan veertig spraakmakende namen uit allerlei hoeken van de maatschappij: kerk, politiek, bedrijfsleven, journalistiek, wetenschap én sport.

Vluchtelingen in Vietnam

Ook mensen van buiten de orthodox-christelijke zuil zetten hun handtekening onder de oprichting van de voorloper van ZOA. Zo prijken de namen van ondernemer Frits Philips en wereldkampioen schaatsen Atje Keulen-Deelstra op de lijst. “We zeiden al meteen tegen elkaar: niet alleen Groningen”, weet Henk zich nog te herinneren.

“We moeten een comité van aanbeveling hebben met zoveel mogelijk namen uit het hele land. Toen kregen we contact met de hoofdredactie van De Telegraaf. Dat bleek een dikke grote supporter van ons, vanaf de eerste dag. Die hebben voor ons ook nog wat namen geregeld voor het aanbevelingscomité. Ze schreven ook veel over ons, compleet met gironummer! De jonge Johan Remkes hadden we ook bijna op de lijst, maar later trok hij zich terug omdat hij vreesde dat we als christelijke organisatie zieltjes wilden winnen.” Koos vult aan: “Ja, daar hebben we van geleerd. We zijn er om vluchtelingen te helpen, dus je moet wel bij je leest blijven, ook al ben je een christelijke organisatie.”  

Gesneuvelde ruiten 

De oproep van de drie studenten uit Groningen vindt weerklank bij een grote zwijgende groep die zich niet herkent in de heersende linkse ideologie. Wiebrand: “Wij zijn ‘groot’ geworden door de polarisatie in de jaren zeventig. Want zo'n Telegraaf is niet voor niets enthousiast. Wij waren eindelijk een organisatie die zei: er is ook nog leed in Zuid-Vietnam.”

Henk van der Velde with refugees

Volgens Henk schrikken sommige gevestigde organisaties van dit nieuwe initiatief: “Toen het bijvoorbeeld een keer lukte om een artikel gepubliceerd te krijgen in het universiteitsblad, kwam er veel kritiek op de redactie dat ze dit rechtse artikel hadden toegelaten. Het was een zeer gepolariseerd en gespannen tijdsbeeld. Bij ons in de straat zat een alternatieve wereldwinkel op christelijke grondslag waar regelmatig de ruiten sneuvelden.” 

Toch vinden de oprichters niet dat ZOA een politieke kleur kiest in de gepolariseerde maatschappij van de jaren zeventig. Maar Koos wil wegblijven bij het woord neutraal: “Wij kwamen op voor vergeten vluchtelingen, recht tegen de polarisatie in. Neutraal klinkt te slap, maar wij maakten in die politieke situatie een ander geluid vanuit onze christelijke levensovertuiging: dat wij naast de mensen moeten staan die het minder hebben dan wij.”

Nu, 50 jaar later, werkt ZOA nog steeds in politiek vaak zeer gevoelige omgevingen, waar neutraliteit een voorwaarde is om humanitaire hulp te kunnen verlenen. Denk aan Syrië, Myanmar, Ethiopië en Congo. 

Vergeten vluchtelingen

ZOA ziet in het werkveld ook dat veel menselijk lijden wordt veroorzaakt door menselijk handelen en politieke keuzes, waaronder in Nederland. Moet ZOA zich sterker uitspreken over onze ‘voetafdruk, waarvan de rekening meestal terechtkomt bij de meest kwetsbare gebieden?

“Nou, dat denk ik niet”, vindt Koos. “Laat ik het omdraaien: als je het ware ZOA-bloed in de aderen hebt, dan kijk je met verbazing naar het chagrijn van mensen die alleen maar op hun eigen belangetjes uit zijn. Not in my backyard. Ja, maar mijn eigen bedrijfje dan? Mijn stikstof? Mijn vakantie? Het egoïsme viert hoogtij, maar we zijn ook allemaal onderdeel van de samenleving. Iedereen kan de keuze maken: ben ik er voor de ander of ben ik er voor mezelf?”  

Wiebrand sluit zich daarbij aan: “Laat preken aan andere organisaties over. ZOA is een noodhulporganisatie. Wel is het goed dat ZOA af en toe wijst op de gevolgen van bijvoorbeeld klimaatverandering in Afrika of andere landen, waar de klappen veel harder aankomen dan bij ons. En van daaruit motiveren dat je met projecten daar de schade kunt beperken.”

Is ZOA dan niet vooral bezig met opruimen van de troep die het Westen zelf veroorzaakt? Wiebrand: “Misschien is dat juist het bestaansrecht van ZOA op dit moment. Wij moeten wat doen dáár, omdat het een zootje is. En dat zootje wordt door ons veroorzaakt. Dat is een vorm van bewustwording.” 

Twee van de drie oprichters van ZOA

Schouder aan schouder

Bij de drie heren is er geen enkele twijfel of het 50-jarig bestaan van ZOA wel zin heeft gehad – ook al is de wereld er nu slechter aan toe dan in 1973. Koos: “We hebben niet veel woorden nodig om uit te stralen dat we als christen naast de ander kunnen staan. Bijvoorbeeld dat er nu in Oekraïne mensen van ZOA rondlopen die schouder aan schouder staan met de mensen om hun huizen weer op te bouwen. Ze hoeven niet in de spotlight, geen schouderklopje, maar zijn levensveranderend voor mensen die alles kwijt zijn en hierdoor weer hoop krijgen.”

Wiebrand: “We gaan de wereld niet redden. Maar ook als je één mens helpt, dan heb je dat voor Jezus gedaan, lees ik in Matteüs 25.”

Lees meer over het 50-jarig jubileum van ZOA  

Als christenen willen we blijven omzien naar onze naasten in nood. Juist nu het zo hard nodig is. Help je mee om hulp mogelijk te maken? 

Word donateur en maak hulp mogelijk

Als donateur stel je ZOA in staat om bij een ramp direct in actie te kunnen komen met noodhulp. En zodra de situatie het toelaat mensen te helpen bij het opbouwen van een nieuwe toekomst. Je kunt ook als kerk of bedrijf doneren.