“Ik heb niets om in te koken, maar ik heb ook niets om te koken”, zegt Achai Makwat Dong in Zuid-Sudan. Zij en haar kinderen hebben enorme honger. In Zuid-Sudan dreigt voor minimaal 40.000 mensen hongersnood.
Wanhoop in Zuid-Sudan groeit met de dag:
Misoogsten door droogte of overstromingen: dit betekent minder tot geen eten voor miljoenen Zuid-Sudanezen. Hun situatie is dramatisch verergerd door de komst van vluchtelingen uit Sudan om de oorlog daar te ontvluchten. “De situatie is erg schrijnend”, vertelt ZOA’s noodhulpcoördinator Kees-Jan Hooglander.
Achai (35) is moeder van acht kinderen. Samen met haar gezin woonde ze in Sudan, maar de oorlog dreef hen op de vlucht naar buurland én geboorteland Zuid-Sudan. Haar man is militair en kon helaas niet bij zijn gezin blijven.
Achai werd met haar kinderen uit een auto gezet bij de grens met Zuid-Sudan. Vervolgens liepen ze vijf dagen en nachten naar de plaats Aweil. Daar stapelde het leed zich op. Achai werd gevangengenomen door Zuid-Sudanezen en beroofd. Haar zoon van zeven jaar werd ontvoerd.
Hartverscheurend zijn de verhalen die vluchtelingen in Zuid-Sudan aan onze noodhulpcoördinator Kees-Jan Hooglander hebben verteld. “Mensen vertelden mij dat ze al drie dagen niet gegeten hebben, ’s ochtends een kopje thee drinken en het daarmee de hele dag moeten doen.”
Mary Awing Ngong (25) woonde in de Sudanese hoofdstad Khartoem, toen de oorlog daar uitbrak. Het huis waar zij, haar man en hun vier kinderen woonden, werd geplunderd. De situatie werd te gevaarlijk en zij en haar gezin vluchtten weg, haar man dook onder. Een auto zette haar af bij de grens en ze moest vijf dagen en nachten lopen, op weg naar haar familie in Zuid-Sudan. Nu woont ze met de kinderen, haar ouders en opa in één huis. Haar ouders en opa zijn blind en het huis is in slechte staat. Samen met zoontje van 11 jaar probeert ze wat te verdienen door brandhout te verzamelen en op de markt te verkopen. Maar dat is niet altijd gemakkelijk. Kees-Jan zegt: “Mensen worden bij waterpunten en van markten weggejaagd, omdat er al zo weinig is. Een Sudanese vrouw probeerde een jerrycan met water voor 20 cent op de markt te verkopen, maar werd er letterlijk af getrapt.”
“Wat mij misschien nog wel het meest raakt, is de radeloosheid van al die mensen die niets meer hebben”, geeft hij bewogen aan. “Mensen smeekten mij: ‘Geef ons alsjeblieft voedsel, dan kunnen we het mogelijk overleven.”
De ZOA-collecte deze week is speciaal voor mensen die de meest vreselijke dingen meemaken door een oorlog of een ramp. Samen helpen we hen met bijvoorbeeld voedsel, psychosociale zorg en onderdak. Help je mee? Jouw bijdrage wordt besteed aan hulpverlening in Zuid-Sudan én in andere crisisgebieden waar hulp hard nodig is.