Alem Atshiba, vader van zeven kinderen, had het goed voor elkaar. De zakenman uit de Ethiopische provincie Tigray bezat twee grote hotels en handelde in sesam, sorghum en houtproducten.
“We hadden een heel comfortabel leven”, vertelt hij. “Het was mijn droom om rijk te worden en een goede vader te zijn. Maar die droom was in één klap voorbij, toen de oorlog uitbrak. Ik had nooit verwacht dat dit me zou overkomen.”
Aanvankelijk zat het gezin nog relatief veilig in hun woonplaats Korarit, dat tussen de slagvelden in lag. Na het uitbreken van de oorlog in november 2020 vluchtten veel mensen naar die stad. Alem en zijn vrouw vingen hen op, samen met andere inwoners. “We hielpen hen om verder te kunnen vluchten naar Shire”, vertelt hij.